De weg van liefde en schoonheid is me niet geil genoeg.
Esteban Lopez[1]
Hoe opgewondener ik raak, hoe meer seks taal wordt,
hoe meer ik louter begin te denken in termen van kut, lul, neuken,
stijf, geil, pijpen, penis, beffen, neuken, neuken, neuken, neuken, neuken.
Ronald Giphart[2]
Neuken is de beste waarheidsmachine die er ooit is uitgevonden.
Trevor Cone[3]
Geilheid en neuken
De eerste weg naar het mekka van seksuele genietingen is de bewustwording van het seksuele verlangen dat veel van ons handelen begeleidt. Dit verlangen uit zich in het lichamelijke gevoel van geilheid dat in de pornografie ook letterlijk als een lichamelijk proces beschreven wordt.
Hij keek nogal bedroefd.
- Spijtig dat het tussen ons niet klikte. Je weet dat ik altijd naar je verlangd heb.
Aan de andere kant van zijn werktafel zittend, keek Liz hem recht in zijn gezicht en voelde opeens eenzelfde verlangen in haar buik. Dit verlangen verplaatste zich naar haar kruis en naar de tepels van haar tieten. Ze was geil. Zomaar, opnieuw, was ze heet. Ze haatte zichzelf, maar het was er weer, dat verlangen. Ze maakte haar lippen vochtig.[4]
Als we dit lezen, weten we al dat het tot seks komt tussen de betrokkenen. Het zichtbare vochtig maken van de lippen kan als een zinspeling worden gezien op het vochtig worden van die andere lippen, die zich mogelijk al geopend hebben in het verlangen de ander binnen te laten – de omgekeerde beweging van de tong die naar buiten komt om de lippen te bevochtigen. Het seksuele verlangen laat zich als geilheid lichamelijk voelen en is vervolgens moeilijk te controleren. Seksuele verleidingspogingen zijn dan ook standaard gericht op het oproepen bij de partner van dit gevoel van geilheid. De verleiding is geslaagd als dit gevoel eenmaal is opgeroepen en zijn macht gaat uitoefenen over de partner.
‘Stop hem er helemaal in… toe, toe nou… Ik ben geil.’
Ja, bij gelegenheid kon ze met zo’n woord voor de dag komen, een ordinair woord dat haar van afschuw en verontwaardiging in elkaar zou doen krimpen als ze bij haar volle verstand was, maar nu na al die kleine genoegens (…) was een woord als ‘geil’ alleen maar het juiste en geschikte om de temperatuur aan te geven van die bessemerstaaloven die ze van haar in vuur en vlam staande kut had gemaakt. Het was een teken om haar van katoen te geven en niets te sparen. Het betekende ongeveer dit: ‘Wat ik ook vanmiddag of gisteren geweest mag zijn, ongeacht wat ik denk dat ik ben of hoe ik je verfoei, wat je ook morgen of overmorgen gaat doen, nu wil ik hem en ik wil alles wat er bijbehoort: ik wou dat hij groter en dikker en langer en sappiger was: ik wou dat je hem brak en hem er inliet: het kan me niets schelen hoeveel vrouwen je geneukt hebt, ik wil dat je mij neukt, mijn kut neukt, me kapot neukt, en maar neuken, neuken, neuken. Ik ben geil, hoor je me? Ik ben zo geil dat ik hem er af zou willen bijten. Duw hem er helemaal in, harder, harder, breek die grote pik van je maar af en laat hem erin. Ik ben geil, zeg ik je toch…’[5]
In deze passage uit Sexus van Henry Miller zien we dat de auteur in verschillende toonaarden het woord geil onderstreept als basis en uitgangspunt voor het neuken. Niet zijn emotionele relatie tot zijn vrouw, die niet goed genoemd kan worden: beiden staan op het punt van scheiding, maar de in hun contact opgeroepen geilheid vormt oriëntatiepunt en rechtvaardiging van handelen. Opvallend is de manier waarmee geilheid wordt opgeroepen. De kleine genoegens waarnaar in het citaat wordt verwezen vormen een tamelijk curieuze reeks. De verleiding begint met het aanbieden van een ferme portie frans ijs om in een amoureuze stemming te komen, waarna de vrouw tot een striptease overgaat in plaats van het gewone uitkleden. Tijdens deze striptease attendeert de vrouw de man op een blauwe plek op haar dij, die door de man uitvoerig wordt onderzocht, waarna de aandacht zich verschuift naar een bobbeltje in haar vagina dat ontstaan zou zijn na een valpartij, dat dacht ze althans voegt de verteller er relativerend aan toe. Bij het onderzoek van dit alles ontdoet de man vanwege de warmte zich van zijn kleren en vraagt de vrouw ook zijn bobbeltjes en verdachte plekjes te willen onderzoeken, in het bijzonder in de omgeving van zijn pik en zijn ballen. Uit dit onderzoek komt de nieuwsgierigheid voort zich qua lengte met elkaar te vergelijken, eerst nog rug aan rug en vervolgens tegenover elkaar. Na al deze voorbereiding breekt de geilheid pas door en komt het tot seks.
Geilheid is, zo bezien, bij de mens een vulcanische onderlaag die door de aardkorst van conventies in bedwang wordt gehouden en door vakkundige uitholling van deze conventies tot uitbarsting kan worden gebracht. Eenmaal aan de oppervlakte gekomen is de geilheid niet meer te stuiten en moet alles wijken voor bevrediging van de geilheid in het neuken. Dit is ook de pedagogische les die Juliette krijgt aangereikt door haar moeder-overste en die ze zich van harte eigen maakt.
Delbène was onuitputtelijk, ze neukte met heel de kracht van haar lendenen, haar tong was diep in mijn mond, haar handen kittelden mijn achterste, en ik lag wel een uur in haar armen, vergaand van lust. Toen smeekte ik om genade.
– Doe nu direct hetzelfde bij mij, zei ze… ik sterf van geilheid, ik ben nog niet klaargekomen terwijl ik je neukte, ik wil nu ook eens.
Van geliefde werd ik een hartstochtelijk minnaar; ik stak de namaakpenis in Delbène en neukte haar. God! wat een vervoering! Geen enkele vrouw was zo lief, geen enkele liet zich zo ver gaan in het genot; het loeder kwam wel tien keer achtereen klaar in mijn armen, ik dacht dat ze helemaal weg zou smelten in geil.[6]
Door te kiezen voor het sublieme van de bandeloze, triomfantelijke seks probeert De Sade iedere conventionele uitleg van seksualiteit te ontzenuwen. Sublieme seks boezemt vrees in, maar biedt tegelijk hoop op hoge verrukkingen.
Pierre Courage
Noten
[1] Esteban Lopez, Tarok, 1972, p. 35.
[2] R. Giphart, Heblust, 2006, p. 42.
[3] Trevor Cone, Zeven erotische minuten, 1982, p. 112.
[4] Roy Battle, Liz heeft het nodig!, 1979, p. 4.
[5] Henry Miller, Sexus, 1969, p. 129.
[6] D.A.F. de Sade, Juliette, 1980, p. 51.