Essay | Psychologie bij moderne levenskunst

Filosofie en psychologie zijn eeuwenlang met elkaar verbonden geweest. In de vorige eeuw volgde een scheiding. De thema’s levenskunst en ethiek zijn bij filosofie ondergebracht. In dit essay licht Jacques Soonius toe waarom deze boedelscheiding niet zo geslaagd is. Psychologie, m.n. psychotherapie, morele ontwikkeling en gelukonderzoek zijn of blijven sterk met levenskunst verweven.

Klassieke levenskunst

Levenskunst is het antwoord op vragen als ‘Waar staat goed leven voor’? en ‘Hoe moet ik dat doen’? Het antwoord op de eerste vraag door veel filosofen in de Grieks-Romeinse periode (400 v. Chr. – 200 n. Chr.) komt kort samengevat op het volgende neer (Hadot): geluk, tevredenheid, harmonie, rust behouden, deugdzaamheid, zelfbescherming, goed bestuur van jezelf en van de stadstaat, zelfvervolmaking en vereniging met God. De inspanning of oefeningen genoemd in hetzelfde boek om die doelen te bereiken, antwoord op de tweede vraag, zijn bij de vele filosofen als leraren verantwoordelijk voor de vorming (paideia) ook heel divers: terugkeer naar het ware ik, geluk zoeken in jezelf, toegeven van eigen fouten, beheersing van begeerten, zelfkennis, leven naar de rede, deelname aan het gemeenschappelijk leven, onthechting van zaken die je niet veranderen kan, beheersing dialectiek, opschorting van het eigen oordeel, voeren van dialogen, doen van onderzoek, loslating van wat anderen zeggen en leven in het heden.

Een mens waaraan niet is geschaafd, is niet opgevoed. Veel pedagogiek dus, het woord psychologie bestond toen nog niet. Deugden werden aanvullend geformuleerd, met name door Plato en Aristoteles, om daaraan richting te geven zoals wijsheid, rechtvaardigheid, matigheid en moed. Eenwording van het ware, het goede en het schone is het hoogste niveau van de menselijk geest, doch enkel aan de goden voorbehouden. Wanneer de mens dat enigszins gaat beseffen, heeft hij als een god aan zichzelf genoeg.

Klassieke filosofie

Veel inzichten van de klassieke filosofie kunnen we herkennen in de christelijk leer zoals de deugden, biecht en ascese (onthouding) in de geschriften van de kerkvaders Augustinus en Thomas van Aquino. Na bestudering van oorspronkelijke teksten (ad fontes) concludeerde Nietzsche: ‘Het christendom is een platonisme voor het volk’. De met het levensverhaal van Christus geïntroduceerde waarden hoop, geloof en naastenliefde groeide uit tot een wereldreligie die onze cultuur sterk heeft beïnvloed.

De Renaissance bevorderde de studie en verspreiding van de oude geschriften, waarop de Verlichting zich mede liet inspireren en daarmee het intellectuele en wetenschappelijke leven een enorme boost gaf. Snedig geformuleerde beginselen als  ‘Ik denk dus ik ben’ (cogito ergo sum’) van Descartes en het ‘Durf te denken’ (sapere aude) bij Kant stimuleerden tevens het individuele of autonome denken van de mens.

Rijst uit deze voorgeschiedenis de volgende klassieke metafoor op over de mens. Het menselijk lichaam wordt voorgesteld als koets, de gevoelens als paarden, de rede als koetsier, en de mens als passagier (de wil) die de bestemming bepaalt. De koetsier die voor de rede staat – hij beschikt over kennis en logisch denkvermogen – is de aangewezen persoon voor het mennen van de dierlijke krachten als ‘domme emoties’. Zo wordt door de Ouden en met name de rationele verlichtingsfilosofen de rede boven de emoties en de begeerten geplaatst. Eenmaal bevrijd van onze emoties zouden we de waarheid niet meer ondermijnen en niet de verkeerde keuzes maken die tot bederf leiden.

‘Emoties slechte naam’

Het is dus niet verwonderlijk dat emoties van oudsher een slechte naam hebben gekregen. Emoties zouden niet meer zijn dan ‘ziekten van het gemoed’, ‘blinde krachten’ of gewoon ‘oproer’ (Frijda). Andere miskwalificaties zijn stompzinnige impulsen, lichamelijke ongemakken, onberedeneerde bewegingen, gedachteloze energiestoten, redeloze sensaties. Gevoelens worden gewoonlijk afgedaan als ‘onredelijk’, ‘ongewenst’ of ‘typisch vrouwelijk’ (Nussbaum).

In de exacte wetenschappen gaat het om objectieve maatstaven, de natuur heeft geen boodschap aan wat mensen ervan vinden. Het gaat om feiten en logica. Morele uitspraken zijn volgens het logisch empirisme opgesteld door de Wiener Kreis (1920-1938) niet meer dan uitingen van emoties of subjectieve voorkeuren zonder aanspraak op een waarheidsgehalte. Toegepast op de menswetenschap betekent dit dat de gevoelsantenne wordt uitgeschakeld. De Verlichting heeft weliswaar de weg gewezen naar meer kennis en zekerheid, doch ons ook deels verblind.

Herwaardering van de emotie

Epicurus (341v.Chr. – 270 v.Chr.) stelde dat het meest wezenlijke van de mens het vermogen is om pijn te lijden en lust of onlust te ervaren. Met deze absolute zekerheid waaraan niet te twijfelen valt zou je analoog de redenering van Descartes kunnen spreken van ‘ik voel, dus ik ben’(sentio ergo sum). Het geluk is het belangrijkste goed dat van nature bij ons past en nemen we steeds als uitgangspunt bij het kiezen of vermijden. Hiermee formuleerde hij het hedonisme, krachtig bestreden door het stoïcisme beducht voor uitspattingen van allerlei soort en fel veroordeeld door het christendom als belemmering voor spiritueel leven. ‘Epicurus was echter niet de profeet van het zwelgen, eerder de filosoof van het verstandig genieten en kalme geluk’ (Dohmen). De leer werd niettemin in de ban gedaan, zijn werken vernietigd en de rehabilitatie liet nog lang op zich wachten.

De Romantiek

De Romantiek (circa 1790-1850) met vertegenwoordigers als Rousseau en Goethe was eind achttiende eeuw een welkome contrabeweging op de emotie dodende Verlichting waar de rede de scepter zwaait. Eeuwige liefde, zwaarmoedig lijden (weltschmerz), overweldigende landschappen en alles verzwelgende zeeën bepalen de heftige emoties die de ziel beroeren. ‘De weemoed heeft zelfs in de zuilengang waar de verrukking staat haar troon gezet’ (John Keats, Ode on Melancholy). Voor John Stuart Mill gold ‘romanticism seemed to be the very culture of our feelings, which I was in guest of’ (Willemsen).

Door Jacques Soonius 
Soonius is psycholoog en auteur van verschillende boeken waaronder: Taal der Waarden 

Lees hier het volledige essay in PDF. 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*