Een giftige plantenfamilie: de Solanaceae

 

Een stukje over een plantenfamilie van giftige plantensoorten, zoals daar zijn aardappel, tomaat, paprika, aubergine.
Huh? Ja, de planten zelf zijn giftig. Zo zelfs, dat als een aardappel, die onder de grond groeit als knol, tijdens de groei per ongeluk aan de buitenlucht wordt blootgesteld, omdat de aarde een beetje is weggespoeld bijvoorbeeld, dat deze dan een groene bovenkant krijgt. Dat groene gedeelte is dan ook giftig geworden en je moet het wegsnijden. Hoewel we met z’n allen nogal wat van de genoemde vruchten (of knollen) opeten, zijn er mensen die allergisch zijn voor de solanaceae. Zij hebben dan een lastig dieet.

Een wilde soort van deze familie, de Nachtschade, heeft zwarte bessen die heel giftig zijn. Als ik hem zie op een plek waar kinderen komen probeer ik hem weg te halen, want de glanzend zwarte bessen zien er heel aantrekkelijk uit. De Nederlandse naam voor de hele familie is trouwens Nachtschadefamilie.
Een soort wordt als bloem verkocht, de Solanum. Dezelfde bloemetjes, vijf-tallig, net als de bloemetjes van de aardappelplant als je die wel eens op het land kunt zien. Trossen met tamelijk kleine witte bloemen, bloeit de hele zomer. Aardig. Ook in de tuin: de lampionplant en de Petunias.
Er is nog een bijzondere wilde soort van deze familie: de Dulca Mara. Letterlijk zoet-bitter, maar in het Nederlands Bitterzoet. Als je op de stengel zou kouwen (maar beter niet want hij is dus giftig) dan zou het eerst bitter en dan zoet smaken. Hij heeft trossen prachtige diep-paarse bloemetjes met donker streepje en heel grote felgele meeldraden. Miniatuurtjes van schoonheid. Zijn ovale besjes zijn ook leuk: in één trosje verschillende kleuren van groen via geel, oranje naar rood.

 

Joos vindt de naam symbolisch voor hemzelf:

hij is zelf, zegt hij, zowel aardig als soms een nare vent. Ik heb hem getekend en Joos wil dat op zijn rouwkaart.

 

 

 

Liebje Hoekendijk

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*