De syncretische Sinterklaas en Zwartepiet

In november 2008 werd het Sinterklaasfeest door het Nederlands Centrum van Volkscultuur uitgeroepen tot het belangrijkste en meest waardevolle feest van  Nederland. Het feest vormt een samensmelting van talrijke oude verhalen en gebruiken uit het verleden, een product van syncretisme zoals dat heet,  zodat we over een syncretisch feest kunnen spreken.

De oudste voorstelling van onze Sinterklaas stamt van ver voor het begin van onze jaartelling en is die van  de Germaanse god Wodan of Odin met zijn witte schimmel Sleipir. Deze Scandinavische wintergod bracht met zijn paard geschenken rond en liet zich vergezellen door een beschilderde sjamaan.  Deze lijkt een hulp, een soort knecht maar staat  -naar men vermoedt-  ook symbool voor het oude en door de Germaanse religie verdrongen sjamanisme. Het Odinfeest is een geschenkenfeest waar van alles wordt uitgedeeld om de winter mee door te komen. Aanvankelijk viel het samen met het geboortefeest van de Keltische god Freir tijdens de zonnewende, maar langzamerhand is het in onze streken naar voren geschoven.

De ondergeschikte sjamaan, waarin men iets van zwartepiet kan herkennen,  wordt in oude verhalen ook wel Herne of Eckhart genoemd, soms ook Satyr of Puck, een naam die verwant is aan het Angelsaksische Bogey of Boucca  (verwant aan het slavische Bog dat god betekent). Op oud rotstekeningen staat deze Herne afgebeeld met de fasces, de roe of de roedebundel, het oeroude vruchtbaarheidssymbool waarmee macht werd uitgeoefend (van fasces is het woord fascisme afgeleid).

Veel oude gebruiken en gewoonten blijven vaak hetzelfde. Alleen de namen veranderen en de dingen krijgen  een eigentijds sausje. Vanaf de vijfde of zesde eeuw worden Odin en Wodan door de opkomst van het christendom langzamerhand vervangen door de zeer populaire heilige Nicolaas en wordt het Odinfeest het Nicolaasfeest. Maar in de zestiende eeuw werd dit feest in de Nederlanden onder invloed van Reformatie en Beeldenstorm verboden en werden ook de Nicolaasmarkten afgeschaft. Men duldt geen heiligen. In 1663 echter ontstond onder stimulering van de middenstand in Amsterdam de opstand der kinderen. Het college van Schout en Schepenen ging door de knieën, de Nicolaasmarkten werden in ere hersteld maar het Sint Nicolaasfeest mocht echter niet in het openbaar worden gevierd (dat was iets in het geniep van Rooms-Katholieken). En zo is het lange tijd gebleven. Van een Zwartepiet is weinig waar te nemen. Misschien dat de Spanjaarden op de Nicolaasmarkten hun waar verkochten met behulp van slaven, moslims en moren die een donkere huidskleur hadden.

De figuur van Nicolaas is een soort kapstok waar van alles aan kan worden opgehangen. Het feest krijgt ook telkens een andere vorm. Soms is de Sint de grote helper, de huwelijksmakelaar, dan weer de beloner van goed en kwaad of de pedagoog. Zwartepiet is een hulp, een knecht, dan een boeman, een duivel, iemand die kinderen schrik aanjaagt en dan weer een grappenmaker of een organisator.

In 1851 verschijnt het boekje  van Sint Nicolaas en zijn knecht van de Amsterdamse onderwijzer J. Schenkman. Daarin staan de eerste ons bekende plaatjes van Sint en Piet. Er is maar één Piet die zwart is en die stoute kinderen in de zak stopt. Voor zover bekend is de eerste intocht van Sint Nicolaas in 1888 in  het katholieke Venray.  Rond 1920 reed de Sint in een rijtuig door Leeuwarden, Venlo, Deventer en zelfs Utrecht. De eerste officiële intocht in Amsterdam vindt plaats in 1934. Na de oorlog is het hek van de dam, ontstaan er overal intochten  en komen er langzaamaan in plaats van een enkele Piet meerdere zwartepieten.

Het spektakel rond Sint Nicolaas  verandert ook van karakter.  Ik herinner me van de lagere school dat in 1948 stoute Cootje op school door zwartepiet in de zak werd gestopt om te worden meegenomen naar Spanje waar hij werd vermalen tot pepernoten. En ik vertelde dat huilend aan mijn moeder.  Zulke dingen  zouden nu tot een proces leiden.

Ach denk ik soms, als je met Sinterklaas een speculaaspop krijgt,  een taaipop of een geschenk, bedank dan die verre voorouders die Lebkuchen maakten,  gevulde runen of lettertekens van Odin, vrijers om een goede huwelijkspartner te vinden, bedank  ze voor hun prachtige verhalen en gebruiken. Denk met een glimlach aan Odin met zijn paard Sleipir, aan Nicolaas op zijn boot en aan al die mensen die onder barre omstandigheden met ziekte en dood werden geconfronteerd maar met hun verhalen de hoop levend hielden en de winter doorkwamen. Dans en spring mee met die ondeugende zwartepiet,  de geestenbezwerende sjamaan, de zwarte moor die opriep de vrees  voor een donkere koude winters opzij te zetten. Geloof  voor even in de vriendelijk knikkende Sinterklaas die oproept  de pijn en het verdriet van het leven te overwinnen ook al wil je verder niet veel weten van de dogma’s van het christendom. Wees voor even een argeloos kind of een weinig ontwikkelde Middeleeuwer die met verbaasde ogen de wereld inkijkt; word voor een enkel ogenblik een heilige of een zwartepiet die geschenken geeft en mededogen uitstraalt. Omarm  je dierbaren, je kinderen die je altijd even mag vasthouden en vier het leven in de donkere dagen van december.

 

Piet Winkelaar, november 2017

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*