De natiestaat is een betrekkelijk nieuwe vorm voor het besturen van een samenleving. Volgens sommige onderzoekers gaat de oorsprong daarvan niet verder terug dan de Amerikaanse en Franse revoluties van de late achttiende eeuw. Anderen suggereren dat de wortels veel verder teruggaan, naar het Engeland van de twaalfde en dertiende eeuw. In de populaire opvatting is de natiestaat een organische schepping, geworteld in een gemeenschappelijke cultuur, taal en gewoonten. Hoewel in dit idee een kern van waarheid schuilt, is de natiestaat in werkelijkheid toch meer een imaginaire gemeenschap, een kunstmatige constructie grotendeels ontwikkeld door politieke en economische elites om een meer expansieve nationale handelsmarkt mogelijk te maken en overzeese koloniƫn veilig te stellen.
[bron]Jeremy Rifkin, in: De Europese droom