Nu het besluit was genomen om een camper-trip door Amerika te gaan maken, was de natuurlijke eerste stap: naar de winkel van de Algemene Nederlandse Wielrijders Bond.
We waren weliswaar niet van zins per fiets te gaan, maar van oudsher is de ANWB dé plek om advies, dokumenten en documentatie te verkrijgen.
In de winkel bleken wij de enige bezoekers te zijn.
Achter de toonbank stond een indrukwekkend magere dame van middelbare leeftijd. Zo één, die ooit door Ria Valk treffend werd bezongen als: ‘een plank van een meid’ en ‘zonder herkenbare voor- of achterkant’.
Ze stond, roerloos, gebiologeerd naar het beeldscherm vóór haar te staren. Toen er enige minuten niets aan de situatie veranderde, begonnen wij te vermoeden dat zij zich in de eerste fase van haar winterslaap bevond.
Bedremmeld stonden we voor de balie, mentaal overleggend of het niet gevaarlijk was iemand uit die toestand te halen.
Plotsklaps keek ze op. Uit een buitengewoon vermoeid gezicht keken twee scherpe ogen mij aan en een verrassend lage stem zei:
“ Bent u lid? Want ik mag alleen advies geven als u lid bent”
Geschrokken bekende ik dat ik lid was en onhandig haalde ik mijn lidmaatschapskaart te voorschijn. Ze nam hem aan en manipuleerde met gefronste wenkbrouwen de computer voor haar, ons iedere keer scherp opnemend. Tenslotte zei ze beschuldigend:
“ U heeft dezelfde geboortedatum!” Wij konden niet anders doen dan bekennen.
“ En u bent getrouwd?” Ook dit feit, dat zij moeiteloos aan de computer onttrok, moesten wij beamen.
Ze had het er duidelijk moeilijk mee om deze informatie te verwerken en bleef afwisselend haar computerscherm en ons argwanend bekijken. Het duurde even voor ze zich met de situatie had verzoend, maar uiteindelijk bleek ze bereid ons te woord te staan. Wij vertelden dat we van plan waren een campingreis te maken.
Ze keek ons medelijdend aan.
“ Heeft u dit als eens eerder gedaan?” Eh…nee
“ Zou u daar dan wel aan beginnen op uw leeftijd?” vroeg ze streng. Eh… het leek ons een goed plan nu we nog gezond zijn……
“ Nou u liever dan ik!! ………….. M’n hele jeugd………………”
Haar stem stierf weg en verviel tot een gemompel. Haar gezicht werd zo mogelijk nog droeviger dan het al was. De situatie begon op onze lachspieren te werken en we durfden elkaar niet aan te kijken!
Ze kwam weer uit haar rêverie en had blijkbaar besloten om ons enige ondertiteling te geven bij haar uitspraak.. Ze leunde voorover met beide ellebogen op de balie en zei met een verre blik in haar ogen:
“ Lâme u ‘s wat vertellen. Wij, mijn ouders en drie zussen, woonden op 3 hoog in Oud-West. Een vakantie, zoals tegenwoordig naar Turkije of Spanje, zat er voor ons niet in. Dus huurde mijn vader een huisje in Bakkum. Elke zomer zaten we daar, zodra de zomervakantie begon.
Het was niet écht slecht hoor, veel kinderen om mee te spelen, vlak bij het strand en de duinen en altijd buiten hè. Dat heb je allemaal niet in Oud-West. Maar het probleem was: ik ben de oudste van de vier en weet u wat dat betekent? Het goede voorbeeld geven, altijd verantwoordelijk zijn, al vroeg meehelpen en vooral, waar ik ook ging: drie kinderen achter mij aan!”
Wij maakten sympathieke meeleefgeluiden.
“ Maar het allerergste was dat aan mij de taak was toegewezen om elke ochtend, met de drie zussen, naar de toiletten te gaan om daar te gaan doen, wat je nu eenmaal moet doen na een nachtje slapen: toiletteren. En die wc’s waren aan het andere einde van de camping. Mijn vader had geen vérdere plek kunnen uitzoeken.
Dus daar gingen we dan iedere morgen. Ik zei de gek, de lange slungel voorop en dan in ganzenpas de drie zussen in aflopende grootte achter mij aan. Het leek verdikke wel de Gezusters Dalton, ieder gewapend met een rol wc papier in plaats van een revolver. De hele camping over, heen en weer en iedereen kijken en commentaar geven! Ik schaamde me dood. Elke keer. Ik droom er nog wel eens van. Brrr. Vandaar dat ik zei: u liever dan ik. Vanaf het moment, dat ik oud genoeg was om succesvol te weigeren mee te gaan naar Bakkum, heb ik geen camping meer aan de binnenkant gezien!”
Met een zucht van opluchting ging ze weer rechtop staan en keek ons triomfantelijk aan.
‘En toch werkt u in een ANWB winkel’, vroeg ik verbaasd?
“ Ja” grinnikte ze, “ da’s wel een gotspe hé?”
Opeens werd ze zakelijk en informeerde naar welk land we wilden gaan, België, of Duitsland. ( veel verder dan daar had ze ons blijkbaar niet geschat)
‘Nee’, zeiden wij, ‘we willen met een camper dwars door Amerika reizen van San Francisco naar Miami.’
Wij stegen minimaal 50 kwaliteitspunten in haar achting en ze begon professioneel op te noemen wat we daarvoor nodig hadden:
- Een goede overzichtskaart van de States;
- Een boek waarin per Staat wordt toegelicht wat en waar de bezienswaardigheden zijn;
- Een Internationaal rijbewijs en
- Een Internationale reis-en kredietbief.
- En eigenlijk zouden we ook een overzicht moeten hebben van alle RV campings waar we met onze camper terecht konden.
‘Maar’, adviseerde ze ‘ Die kunt u beter via het internet lokaliseren, omdat daarop gericht kan worden gezocht’. Een goed advies. Omdat we al verwacht hadden dat we een Internationaal rijbewijs nodig zouden kunnen hebben, hadden we pasfoto’s bij ons. Binnen 10 minuten hadden we afgerekend en afscheid genomen, alle documentatie in een tasje en het nieuwe rijbewijs in onze portefeuille..
Nadat we de deur achter ons hadden dichtgetrokken, keken we nog even naar binnen. Onze camping-gefrusteerde ANWB dame stond weer in haar oorspronkelijke houding achter de balie voor haar beeldscherm.
We bleven nog even gniffelend kijken, maar er bewoog helemaal niets aan haar. Vermoedend dat ze nu werkelijk aan haar winterslaap was begonnen wensten we haar, in gedachten en van een afstandje, fijne dromen (liefst niet over campings) en liepen geamuseerd en tevreden met onze verworvenheden naar ons appartement in Lelystad.
De tekst Campingfrustraties is eerder gepubliceerd in de bundel Vermakelijkheden