Bemoeien met de opvoeding van je kleinkind?

‘Heel vaak is het zo dat we zien en meemaken dat onze zoon zo verschrikkelijk onaardig doet tegen zijn 8-jarig dochtertje, ons kleinkind. En als we er iets van proberen te zeggen, krijgen we een snauw terug van onze zoon: Bemoei je er niet mee, het is mijn kind. Dat is verschrikkelijk om mee te moeten maken, maar ja, wat moet je doen?’

De relatie tussen grootouders en ouders is tegenwoordig veel ingewikkelder dan vroeger. Vroeger was het overzichtelijker: de ouders woonden in dezelfde straat of wijk als de grootouders, dus de onderlinge contacten en verhoudingen waren al veel natuurlijker. Familieleden komen meer bij elkaar over de vloer en de onderlinge verhoudingen in de familie zijn onbewust over en weer duidelijk.  Maar ja, kinderen zwerven nu alle kanten op en daarmee wordt de familieband losser en de contacten onregelmatiger. Als grootouder wil je toch het contact onderhouden met je kinderen en kleinkinderen. En zeker in het geval dat je kinderen en kleinkinderen niet dagelijks ziet, heb je ook minder zicht op gebeurtenissen en achtergronden in het gezin van je kind.  Het is daarmee ook duidelijk dat het vrijwel ondoenlijk is om je te gaan bemoeien met de wijze waarop jouw kind jouw kleinkind wil opvoeden.  Je rol als grootouder is eigenlijk niet anders dan een soort verwenoma of -opa te zijn: Leuk doen tegen de kleinkinderen, kadootjes geven, aandacht geven bij sport en spel, fungeren als opvangadres en slaapadres bij calamiteiten in het gezin (oppas is ziek) of verlichting van ouderlijke taken van je kinderen. Als je de tijd en de zin hebt kun je regelmatig een opa- en omadag inlassen. Kortom, doen wat opa’s en oma’s tegenwoordig doen.

Maar niet: je kinderen confronteren over de opvoeding van jouw kleinkinderen; het vroeger was ‘alles-anders en beter’-idee. Dan ligt een berg irritatie voor het oprapen en zeker vanaf de ‘koude ‘kant: je schoondochter of schoonzoon.  Het zal niet de eerste keer zijn dat relaties tussen grootouders en ouders worden verbroken door een ‘foute’opmerking van een grootouder. Zelfs in het voorbeeld aan het begin is terughoudendheid op zijn plaats. Natuurlijk, als het echt duidelijk is dat je zoon of dochter het kleinkind mishandelt of vernedert zul je moeten ingrijpen. En als dat niet lukt om het op een rustige manier bespreekbaar te maken – en vaak is dat zo -, dan is toch het melding doen bij Veilig Thuis de aangewezen route.

 

 

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*